Bij KRC Genk was er de afgelopen jaren toch een probleem inzake doorstroming. Leandro Trossard en Bryan Heynen waren uitzonderingen geworden, maar sinds een tijdje komt daar weer verandering in. Stijn Stijnen was echter nog kritisch voor de Limburgers.
Racing Genk heeft met Maarten Vandevoordt en Luca Oyen (die jammer genoeg een zware blessure opliep) weer talenten van de eigen academie die volop doorbreken. Bilal El Khannouss kwam pas op zijn 15de naar Genk en was voordien ongeveer 10 jaar aan de slag in de jeugdopleiding van Anderlecht. Een echt Genks product kunnen we hem dan ook niet noemen, net zoals dat het geval is bij Anderlecht en Dennis Praet. Daarvoor speelden ze beiden toch niet lang genoeg in de jeugdopleiding van de club waar ze wél doorbraken in het eerste elftal. Dat laatste is wel de moeilijkste stap die ze moeten zetten.
PROGRESSIE
Stijnen ziet dat Genk nog stappen moet zetten. Vanhaezebrouck was nog zeer lovend over de stroom van jeugdspelers van Genk die de stap naar de eerste ploeg zet. "Ik ben niet volledig akkoord met Vanhaezebrouck, omdat je die constante stroom van eigen jeugdspelers niet echt ziet. Je hebt Heynen, El Khannouss is pas gehaald op zijn 15de, Vandevoordt, Oyen, in het verleden Courtois en De Bruyne. Ik vind dat een ploeg als Genk toch een verdediger – nu halen ze vooral Zuid-Amerikanen - zou moeten kunnen opleiden, of een winger en dat zie ik nog niet. En dan spreek ik over de basiself, maar het is wel jammer dat spelers als Godts en Nemeth niet zijn meegestapt in het verhaal. Maar bij Genk zullen ze ook wel beseffen dat het nog meer mag zijn."
Sem Franssen, Technical Coördinator Football bij KRC Genk, reageerde in TVL Sportcafé. "Vandaag bestaat onze eigen A-kern uit 50% eigen opgeleide spelers, maar nog niet van de basiself. Dat is het doel voor de toekomst en dat weten ze ook binnen de jeugdafdeling." Genk heeft een brede kern met veel talent dat in de A-kern zit, maar spelers als Matisse Didden (1 wedstrijd), Tuur Rommens (0 wedstrijden), Jay Dee Geusens (1 match) en de doelmannen achter Vandevoordt speelden amper tot niet in de competitie. Oyen en Abid konden zich niet tonen door zware blessures.
