Als Club Brugge dit seizoen effectief de dubbel in huis wil halen, mag het binnen twee weken op bezoek bij Zulte Waregem vol aan de bak. In het eerste luik van de halve bekerfinale bleef de competitieleider na een zeldzame blunder van Simon Mignolet immers steken op een 1-1 gelijkspel. Philippe Clement zag zijn troepen dan ook een makke prestatie afleveren, al zorgde Charles De Ketelaere toch weer voor een lichtpuntje.
Het 18-jarige product van eigen kweek was wel betrokken bij de fase die Blauw-Zwart de zege kostte, want de terugspeelbal waarop Mignolet in de fout ging vertrok van zijn voet. Al kan hij er natuurlijk ook weinig aan doen dat het anders zo betrouwbare sluitstuk de bal vervolgens enorm schlemielig inleverde bij Saido Berahino. Kort daarvoor leek De Ketelaere desalniettemin nog voor de tweede keer op enkele dagen tijd een fikse bijdrage te gaan leveren aan de overwinning van zijn team. Net zoals in Anderlecht, waar hij Hans Vanaken de 1-2 aanbood, kwam de assist bij de openingstreffer van Mats Rits namelijk op zijn naam.
BOONTJE VAN CLEMENT
Hoewel De Ketelaere linksvoetig is, trapte hij beide passes met zijn mindere rechter. Geen verrassing, want zoals eveneens blijkt uit zijn enorme polyvalentie is de middenvelder – die tevens al in de spits en op de flank opdraafde – een complete voetballer. Eentje die liefst in de as van het veld opereert, dat wel, maar voor iemand die geen spurtbom is toch over voldoende diepgang beschikt om ook die rollen te vervullen. Opnieuw kunnen zijn twee assists van de afgelopen dagen, haast exacte kopieën van elkaar, als voorbeeld dienen. Tweemaal zocht De Ketelaere immers vlotjes de achterlijn op – én behield hij daarna het overzicht.
Heel wat fans hadden woensdag dan ook liever hem dan Thibault Vlietinck, nochtans ook afkomstig uit de eigen jeugd en al veel langer lid van de A-kern, in de basis gezien. Een wissel die Clement uiteindelijk vroeg in de tweede helft doorvoerde én dus meteen zijn vruchten afwierp, net zoals dat zondag in het Lotto Park al het geval was. De Ketelaere speelt zich zo hoe langer hoe meer in de harten van het Brugse publiek, waar hij sinds zijn even dappere als verrassende debuut tegen PSG sowieso al een graag geziene klant is. Net zoals zijn coach wel een boontje voor hem lijkt te hebben, zo blijkt uit de vele kansen die hij hem gunt.
KANSEN BIJ DE VLEET
Kansen die De Ketelaere ook verdient, want tot dusver stelde hij nog nooit teleur. Toch is het opvallend hoe vaak – en vooral wanneer – Clement een beroep doet op de jonkie. Met amper één match bij de grote jongens achter de kiezen, een vrij betekenisloos bekerduel in Francs Borains, volgde eind oktober namelijk zoals gezegd een stevige vuurdoop tegen PSG. Nadien mocht hij ook in Parijs invallen, net zoals tegen KV Oostende en Moeskroen in de competitie. Dé grote blijk van vertrouwen kwam er echter pas in Istanboel, waar De Ketelaere in het alles-of-niets duel tegen Galatasaray aan de rust Rits zijn plaats mocht innemen.
Een week later gaf Club in de achtste finale van de beker op bezoek bij Oostende een vrij bleke indruk, met David Okereke als zwakste schakel. Het sein voor Clement om na amper een halfuur al in te grijpen en De Ketelaere voor het eerst in de spits te droppen, een kunstje dat hij daarna nog eens overdeed met Percy Tau in Gent. Tussendoor was de jongeling ook tegen STVV al als eerste van de bank gekomen en kreeg hij zelfs tegen Real Madrid een twintigtal minuutjes toegeworpen. In de tien wedstrijden die Blauw-Zwart sinds zijn invalbeurt in Turkije afwerkte, verscheen De Ketelaere zo slechts twee keer niet tussen de lijnen.
CONTRAST MET ANDERLECHT
Ondanks het duidelijke vertrouwen in zijn kunnen – en maturiteit, want zowel op als naast het veld geeft hij een uiterst nuchtere indruk – is het wel nog steeds wachten op een eerste basisplaats in de competitie. Gezien de grote weelde in de Brugse kern is dat dan ook geen sinecure, het punt waar we onze vergelijking met eeuwige concurrent Anderlecht aanvatten. Hoewel Paars-Wit al langer op lovenswaardige manier de kaart van de jeugd trekt, kwam een aantal jongeren dit seizoen immers toch vooral uit noodzaak piepen. Niet iederéén verdient het dus om daarom meteen als een 'aanstormend talent' bestempeld te worden.
Toch neemt dat niet weg dat de Brusselaars, die voor de rest momenteel in zowat alle aspecten mijlenver achterop hinken, wat doorstroming uit de opleiding betreft nog steeds een flink streepje voor hebben. Zo stonden in het recente treffen met Sambi Lokonga, Alexis Saelemaekers, Antoine Colassin en Jérémy Doku – Vincent Kompany niet meegeteld – vier spelers van eigen kweek in het elftal, tegenover slechts eentje aan de overkant. Samen met Björn Engels is Brandon Mechele zelfs zowat de enige 'topper' die Club dit decennium voortbracht, een schril contrast dus met de vele sterren die in Neerpede werden gevormd.
EERSTE STAP NAAR NEERPEDE
Ondanks de malaise bij de recordkampioen zet die trend zich bovendien zelfs nu door, want behalve het vermelde viertal loopt daar tenslotte ook nog Belofte v/h Jaar Yari Verschaeren rond. Een leeftijdsgenoot van De Ketelaere, die nu de eerste stap moet vormen bij de laatste inhaalbeweging die Club nog op de aartsrivaal wil maken. Samen met Loïs Openda overigens, één jaartje ouder en al sinds vorig seizoen onder Ivan Leko aan de oppervlakte gekomen. Toegegeven, de spits genoot een groot deel van zijn opleiding in Luik, maar jongens als Romelu Lukaku en Dennis Praet kwamen ook pas op latere leeftijd naar Anderlecht.
Kompany, Youri Tielemans en Anthony Vanden Borre zijn dan weer rasechte Ketten, net zoals De Ketelaere geboren en getogen is in het Brugse nest. Opgegroeid op een steenworp van het stadion, daar al van kleins af aan een vaste klant in de tribunes en sinds zijn zevende aangesloten als speler: het Blauw-Zwart bloed stroomt door zijn aderen. Andere jongeren in de A-kern als rechtsback Ignace Van Der Brempt en derde doelman Nick Shinton werden, net zoals Openda, dan weer weggeplukt bij andere clubs. Op stage mochten trouwens ook Thomas Van den Keybus, Maxim De Cuyper en Senne Lammens proeven van het echte werk.
MADE IN WESTKAPELLE
Zoals Club in de afbeelding hierboven zelf etaleert, is de bedoeling dus duidelijk: in navolging van Anderlecht, willen ze ook op Jan Breydel kunnen pronken met spelers van eigen makelij. Op de internationale transfermarkt heeft de competitieleider haar zaakjes namelijk al een tijdje op orde, met Vincent Mannaert die de ene jonge parel na de andere in huis haalt – en vervolgens met forse winst weer doorverkoopt. De enige spelers uit de eigen jeugd de kassa écht deden rinkelen, zijn tot op heden echter nog steeds Engels en Obbi Oulare – samen goed voor ruwweg 15 miljoen, peanuts vergeleken met wat Anderlecht ving voor Tielemans, Lukaku, Dendoncker en co. Tijd om daar verandering in te brengen en van het nieuwe oefencentrum in Westkapelle een even groot label te maken als Neerpede. Met De Ketelaere als eerste kwaliteitsstempel.