Dat hij fantastisch kan voetballen, daar is zowat iedereen het over eens. Donderdag illustreerde Vadis Odjidja zelfs andermaal zijn klasse met een puike prestatie in en tegen Wolfsburg. Jammer genoeg liet hij een paar dagen daarvoor tegen Standard nog zijn mindere kantje zien.
In een discussie met Paul-José Mpoku liet de aanvoerder van AA Gent zich namelijk verleiden tot een por met de borst, een actie die hem prompt op een tweede gele kaart kwam te staan. Stukje theater van zijn tegenstander of niet, het rode karton betekende zo al de achtste uitsluiting voor Odjidja in de Jupiler Pro League sinds hij er 12 jaar geleden als speler van Anderlecht zijn debuut vierde. Sporza berekende dat de middenvelder, die in eigen land intussen 225 duels voor Anderlecht, Club Brugge en AA Gent op de teller heeft staan, op die manier gemiddeld om de 28 matchen van het veld gestuurd werd.
Sinds 2007 pakten enkel Denis Odoi (ex-OHL, STVV, Anderlecht en Lokeren) en Antonio Ghomsi (ex-KV Mechelen) evenveel rode kaarten, zelfs als we teruggaan tot het begin van de eeuwwisseling doet enkel Mahamoudou Kéré (ex-Charleroi) slechter met 12 stuks. Een opvallende vaststelling, zeker omdat Odjidja in tegenstelling tot dit drietal toch een veel offensiever ingestelde speler is en zelfs nog ettelijke jaren van de Belgische velden verdween. Of hoe we niet al te ver moeten zoeken naar een verklaring voor het feit dat de sierlijke krachtpatser zijn enorme potentieel niet helemaal wist waar te maken.