Ajax mikte in het verleden vooral op de eigen jeugdopleiding, maar heeft gebroken met dat beleid. Sinds de afgelopen transferzomer worden er vele miljoenen uitgegeven en Arie van Os, de financiële baas van de topclub tussen 1989 en 2001, vindt dat een goede zaak.
Hij zegt in het Algemeen Dagblad: "Je móét mee in de vaart der volkeren. Tenminste, als je als club een rol in de subtop van Europa ambieert. Als je dat niet wilt, ook prima. Dan wordt Ajax lekker een soort Anderlecht en tellen we niet meer mee. Maar dat lijkt me niet de bedoeling. Er is nu geen weg meer terug. We zitten in de mallemolen. Uitstappen is afhaken." Nochtans kent Ajax geen goede jaren. Het heeft zéér veel geld, maar het wacht al vijf jaar op een titel en al negen jaar op een beker. De overwintering in de Champions League was de eerste in dertien jaar. Volgend jaar zal een belangrijk jaar worden, want met Frenkie de Jong, Mathijs de Ligt en wellicht ook Hakim Ziyech vertrekken er tal van topspelers.
Het salarisplafond is gesneuveld en de toptalenten op De Toekomst verdienen geen vaste vergoeding meer. "Ajax móét zich nu eenmaal beschermen tegen de zieke koopzucht van de rijkste clubs. En dan nog zullen talenten op jonge leeftijd naar het buitenland vertrekken. Moet Ajax er dan voor kiezen om de grootste talenten niet te belonen, om ze vervolgens te laten vertrekken?: Dat kan toch niet. En dat sommigen dan ontevreden zijn, ach, dat houd je altijd."
Van Os denkt dat de transfergekte nog wel eventjes aan zal houden. "Omdat er nog genoeg mensen zijn met gruwelijk veel geld die het allemaal heel interessant vinden om hun centjes in een voetbalclub te stoppen. Ajax heeft geen suikeroom. We moeten het allemaal zelf doen. Zolang de middelen aanwezig zijn, moet de club proberen aan te haken. Want straks komt de Super League voor de allerrijkste clubs. Hebben we weer een nieuw probleem."