Flopaankopen troef bij RSC
Anderlecht dit seizoen. De balans van de winteraankopen moet nog worden gemaakt, maar tussen de zomeraanwinsten zitten nauwelijks grote meevallers. Hendrik Van Crombrugge, Vincent Kompany en Derrick Luckassen steken er wel bovenuit, maar andere grote
transfers zoals Nacer Chadli, Kemar Roofe en Philippe Sandler kostten handenvol geld zonder hun waarde ten volle te bewijzen op het veld. Michel Vlap werd eerder dit seizoen ook al in die laatste categorie geplaatst. Maar de Nederlander onderging net op tijd een metamorfose.
(NOG) NIET AFGESCHREVEN
Eind december leek Vlap het helemaal verkorven te hebben in het Lotto Park. In de bekermatch tegen
Club Brugge won hij geen enkel duel en werd hij al in één adem genoemd met de Roemeen Nicolae Stanciu, de welbekende mislukte recordtransfer van
Anderlecht twee jaar geleden. Het zou met Vlap diezelfde kant uitgaan, zo werd voorspeld.
Een week later verwachtte niemand hem in de basisploeg tegen KRC Genk, een van de zoveelste matchen van de laatste kans voor Anderlecht. De technische staf, onder aanvoering van Frank Vercauteren en Kompany, eiste meer duelkracht, diepgang en durf. Vlap antwoordde op het veld. De Nederlander speelde een uitstekende wedstrijd en scoorde twee keer. Bedankt voor het vertrouwen.
NOOIT EFFICIËNTER IN ANDERLECHT
De glansprestatie tegen de huidige landskampioen moest hét keerpunt worden voor Vlap, maar de bevestiging bleef nog een tijdje uit. Deels door blessures en ziekte, deels door het ontbreken van een sterk collectief bij Anderlecht. Zie de barslechte wedstrijd op Cercle Brugge, waar Vlap tijdens een invalbeurt van 20 minuten toch nog de winning-goal kon scoren. Het was niet mooi, maar wel dodelijk efficiënt.
Sinds die belangrijke treffer tegen Cercle Brugge maakt Vlap steevast deel uit van de basisploeg bij Anderlecht. Vaak met wisselend succes, maar tegen Eupen en Waasland-Beveren was ie alweer goed voor twee doelpunten en een assist – één doelpunt werd toegekend aan Dejan Joveljic. Desondanks is Vlap daarmee bezig aan zijn meest efficiënte periode bezig in het shirt van Anderlecht, en dat biedt de club alleen maar perspectieven.
Acht of zeven miljoen. De meningen over zijn transfersom lopen nog wat uiteen, maar het is duidelijk dat Anderlecht diep in de geldbuidel tastte voor de spelmaker. Voorlopig kan Vlap die investering niet helemaal rechtvaardigen, maar hij moet wel afgerekend worden op zijn kwaliteiten. Misschien werden voor zijn komst wel onrealistische patronen geschetst. Een fluwelen techniek en een zorgeloze balcontrole heeft hij niet. Vista en efficiëntie wél.
EFFICIENCY IS KEY
Voorlopig zit Vlap aan acht competitiedoelpunten, terwijl hij vorig seizoen in de
Eredivisie bij Heerenveen 16 stuks maakte. De Nederlander bevindt zich bij Anderlecht echter in een grotendeels stroef draaiend elftal, dus puur op zijn doelpunten mag hij niet worden afgerekend. Op zijn efficiëntie wél, en die is nog altijd uitstekend. Vlap is de op zes na efficiëntste aanvallende middenvelder wat het omzetten van schoten op doel in doelpunten betreft.
In Heerenveen lag zijn goalconversie van doelkans naar een effectief doelpunt vorig seizoen op maar liefst 24 procent, dit seizoen haalt Vlap 'amper' 15,6%. En toch is dat nog steeds indrukwekkend. Enkel Kevin Hoggas (Cercle, 16%) Selim Amallah (Standard, 17%) Ryota Morioka (Charleroi, 19%), Roman Bezus (AA Gent, 21%), Lior Refaelov (Antwerp, 22%) en Jonathan David (AA Gent, 29%) doen beter.
"Als Vlap afwerkt, is het bijna altijd binnen kader", zo verwoordde ploegmaat Elias Cobbaut het perfect. Een stelling die ook volledig klopt, want zijn ploegmaat behoort ook tot de tien middenvelders in de
Jupiler Pro League die het vaakst tussen de palen trappen. 43 procent van zijn pogingen belanden op het doel van de tegenstander, al lag dat gemiddelde bij Heerenveen opnieuw nog wat hoger met 53%.
BETER DAN BIJ HEERENVEEN
Zijn statistieken in Heerenveen waren dus van nog hoger niveau dan in Anderlecht, maar op andere vlakken doet Vlap minstens even goed als vorig seizoen – wat een absoluut topjaar was. Zo passt de middenvelder veel efficiënter de bal bij Anderlecht (83%) dan bij Heerenveen (79%), en laat hij in het Lotto Park het leer zelfs veel vaker rond gaan dan in het Abe Lenstra Stadion. Zes keer meer per match om precies te zijn, al heeft de filosofie van Kompany daar wellicht veel mee te maken.
Opvallend genoeg ontvangt Vlap bij Anderlecht de bal ook veel vaker dan bij Heerenveen. Vorig seizoen kreeg hij per wedstrijd 19 passes toegespeeld door een Friese ploegmaat, terwijl dat totaal bij Anderlecht op maar liefst 27 stuks ligt. Toch een significant verschil. Daarnaast blijft Vlap even vaak en even efficiënt ballen droppen in de final third, de zone van de waarheid zeg maar. Per wedstrijd is hij goed voor vier van zo'n dreigende passes aan een respectabele efficiëntie van 70 procent.
DUELS EN RECUPERATIE
Vlap meet 1 meter 90, maar een fysiek monster is hij allesbehalve. Zo kreeg hij dit seizoen al vaak het verwijt veel duels te verliezen en te weinig fysieke kracht in huis te hebben. Nochtans doet de Nederlander het prima in de lijf-aan-lijfgevechten, of toch voor zijn doen. Hij won dit seizoen bij Anderlecht (46%) tenslotte meer duels dan vorig jaar in Heerenveen (42%). Daarnaast vliegt Vlap er ook vaker in dan in de Eredivisie: in Brussel gaat hij iedere wedstrijd gemiddeld zes duels meer aan.
Bovendien is zijn slaagpercentage van 46 procent in die situaties eerder middelmatig dan dramatisch. Bij Anderlecht verliezen zogenaamd stevigere jongens als Peter Zulj, Nacer Chadli, Jérémy Doku en Yari Verschaeren immers vaker hun duel dan Vlap. Hoewel het fysieke werk desondanks toch niet zijn sterkste punt is, recupereert Vlap daarnaast ook nog eens drie keer per match de bal. Waarvan het merendeel op de helft van de tegenstander, overigens. Ook dat is fysiek werk.
BALVERLIES/BALBEZIT
Vlap werd in de Eredivisie geroemd voor zijn vele doelpunten, maar in Heerenveen draaide de ploeg ook grotendeels rond de rijzige middenvelder. In Anderlecht is dat helaas voor hem niet het geval. Toch lijkt hij zich steeds meer staande te houden en zelfs belangrijker te worden in de hoofdstad. Het aantal ontvangen passes (zoals hierboven al vermeld 27 per 90 minuten) is daarbij een belangrijke parameter. Voor zijn blessure kreeg zelfs Verschaeren, in principe toch de gedoodverfde dirigent, de bal minder vaak toegespeeld (24 keer per 90 minuten).
Bovendien behoudt Vlap heel vaak het balbezit, of anders gezegd: het leer verliezen doet hij slechts zelden. Verschaeren, Zulj, Chadli... allen lijden ze vaker balverlies dan de Nederlander, die in dat aspect opnieuw beter doet dan vorig jaar bij Heerenveen. Op alle aspecten – op efficiëntie voor doel na – maakte Vlap dus duidelijk grote stappen, wat maakt dat hij zeker niet te vroeg mag worden afgerekend. Laat ons wel duidelijk stellen: een draaischijf die de ploeg op sleeptouw neemt, is Vlap allerminst. Wél kan hij een belangrijke radar worden in het grotere geheel. Alleen jammer dat de Paars-Witte machine dit seizoen zo zelden op toerental geraakte.