Het supportersgeweld liep dit seizoen al meermaals de spuigaten uit. Ook dit weekend was het weer van dat, met een aantal hooligans uit de clans van Club Brugge en Antwerp die na de topper van zondag nog een robbertje wilden uitvechten op een Wommelgemse parking. In Mechelen lieten de fans van AA Gent zich dan weer van hun slechtste kant zien.
De wedstrijd begon met enkele minuten vertraging nadat er vanuit het bezoekende vak vuurpijlen het veld werden opgegooid. Een fel overdreven antwoord op een nochtans schadeloze tifo van de thuisaanhang, die zonder te schofferen verwees naar de bekerzege van hun team tegen de Buffalo's vorig seizoen. Dat vond het bestuur in de Ghelamco Arena ook, want zij konden die reactie allesbehalve smaken. Zo bleek amper twee dagen na de feiten al in een uitgebreid statement op de clubwebsite.
(G)EEN HAND IN EIGEN BOEZEM
Daarin veroordeelde Gent fiks het wangedrag van de zogezegde supporters en beloofde het hen, indien ze geïdentificeerd kunnen worden tenminste, hard aan te pakken. Het woord nultolerantie werd daarbij meermaals gehanteerd, net zoals zware termen als imagoschade en een vertrouwensbreuk jegens de club. Spijkerharde taal dus, waarmee de Buffalo's zich duidelijk distantiëren van de enkelingen die hun reputatie om zeep proberen te helpen. Een houding waar de rest van de Jupiler Pro League een voorbeeld aan mag nemen ook, want daar heerst vaak eerder een 'eigen kind, schoon kind'-mentaliteit. De eigen aanhang wordt door de meeste ploegen in soortgelijke situaties namelijk tot in den treure verdedigd en zoveel mogelijk uit de wind gezet. Een strenge vingerwijzing, of hand in eigen boezem, blijft nagenoeg altijd uit.
De schrijnendste illustratie daarvan kregen we nog voor nieuwjaar al te zien in de stopgezette Limburgse derby, waar zowel de fans van STVV als die van Genk hun boekje te buiten gingen. In plaats van hier streng tegen op te treden, probeerden beide kampen achteraf echter alleen maar de schuld in elkaars schoenen te schuiven. Teleurstellend, net zoals de non-reactie van Anderlecht twee weken terug na het bommetje richting Simon Mignolet – nota bene een Rode Duivel. Vincent Kompany ging het op het veld dan wel hevig in het verweer, wie dacht dat dit na afloop nog een staartje zou krijgen kwam bedrogen uit. Op de officiële kanalen van Paars-Wit werd tot op heden over het voorval met geen woord gerept, hoewel de Brusselaars nog geen jaar geleden aankondigden voortaan hard in te zetten op preventie tegen dit soort vergrijpen.
BRAVO BUFFALO'S
In november zetten ze in het Lotto Park daarom zelfs nog een nieuwe hightech camerabewaking op poten, al kregen we niet te horen of dat nu ook ingezet werd. Allemaal antwoorden op de beruchte vuurpijlen in Sclessin vorig seizoen, waar supporters ervoor zorgden dat de topper tegen Standard werd gestaakt. Een zwarte dag die Anderlecht een voorwaardelijke sanctie van één duel achter gesloten deuren opleverde, die effectief zou worden indien dezelfde feiten zich binnen de drie jaar nog eens voordeden. Acht maanden later was het dus al van dat, maar veel verder dan een – terechte, versta ons niet verkeerd – felicitatie voor Kompany zijn fairplay geraakte de KBVB niet. Niet dat we het RSCA, dat het missen van de inkomsten voor een thuismatch nu wel kan missen als kiespijn, toewensen, maar vreemd mogen we het toch noemen.
Dat de consistentie aan de Houba de Strooperlaan af en toe nogal te wensen overlaat, daar zijn we helaas al enigszins aan gewend. Van onze (top)clubs verwachten we echter beter in de strijd tegen hooliganisme. Genk en Anderlecht lieten eerder dit seizoen dan ook een mooie kans liggen om een statement te maken dat zulk wangedrag in onze Belgische voetbalstadions niet welkom is. Bravo aan de Buffalo's dus dat zij nu wél de confrontatie durven aangaan.