Ze moesten er lang op wachten in het Etihad Stadium, maar Manchester City slaagde er toch in om Sheffield United te verslaan met 2-0. Voor het eerste doelpunt was het wel wachten tot in de tweede helft.
De credits gingen daarvoor naar Pep Guardiola. De Spanjaard stelde vast dat er in de eerste helft te weinig kansen werden gecreëerd, maar in de tweede helft duurde het slechts 7 minuten vooraleer City kon scoren via Aguero. The Citizens speelden in de tweede helft een pak aanvallender, vooral dankzij de offensieve impulsen van backs Walker en Zinchenko.
Op die manier konden de middenvelders meer invloed krijgen op het spelbeeld, getuige het doelpunt van Aguero op assist van De Bruyne. In de laatste tien minuten scoorde De Bruyne dan zelf op assist van Mahrez. Guardiola zag een belangrijke rol voor De Bruyne. "In de tweede helft brachten we spelers zoals De Bruyne en Bernardo Silva dichterbij Aguero, zij hebben een betere pass in de voeten dan de spelers die dat in de eerste helft deden. Dat was de reden waarom het keerde," klonk het op de persconferentie na de match.