Afgelopen week geraakte bekend dat enkele topclubs uit België en Nederland opnieuw met het idee van een gezamenlijke BeNeLiga spelen. Op termijn lijkt het dan ook noodzakelijk om zo'n schaalvergroting door te voeren. Vanaf 2024 wordt het Europese voetbal immers hervormd en dreigt de kloof met de toplanden helemaal onoverbrugbaar te worden.
Michael Verschueren is naast zijn functie als sportief directeur bij Anderlecht ook actief binnen de ECA, de overkoepelende organisatie voor Europese profclubs. Hij moet er voor zorgen dat de Belgische clubs niet benadeeld zullen worden bij die grote hervorming. "Mijn rol is te maken dat het aantal Belgische tickets voor alle Europese competities samen niet daalt. Op dit moment zijn er vijf Belgische clubs die Europees spelen, met één gegarandeerde plaats voor de landskampioen in de Champions League en één ticket voor de voorronde. Dat moet ook na 2024 minstens zo blijven", vertelt hij in De Standaard.
Dat lijkt volgens Verschueren ook haalbaar, al moeten daar wel bepaalde prestaties tegenover staan. Wat dat betreft heeft hij goed nieuws voor Club Brugge. "Op papier lijken één of twee Belgische ploegen in de vernieuwde Champions League haalbaar. Welke ploeg zich daarvoor plaatst, zal vooral afhangen van de prestaties in Europa in de toekomst: van nu tot 2024. Als Club Brugge verder presteert zoals vandaag, dan is de kans groot dat zij er het eerste jaar bij zijn."
Toch zal het niveau nog naar omhoog moeten. Om zich te handhaven worden de prestaties in Europa immers veel belangrijker dan die in eigen land. "Als je dan elke week moet spelen tegen Barcelona of Liverpool en je verliest telkens met 5–0, dan heb je als Belgische club weinig kans om je op langere termijn op het hoogste niveau te handhaven. Vandaag is een twintigtal topclubs in Europa duidelijk sterker dan de rest. En de Belgische clubs zijn daar niet bij", aldus Verschueren bij De Standaard.