In de schaduw van een uiterst turbulente Super Sunday, kon leider KRC Genk afgelopen weekend opnieuw aanknopen met een zege. Nochtans waren de manschappen van Philippe Clement tegen Waasland-Beveren opnieuw op achterstand gekomen. Maar andermaal werd die achterstand omgebogen in een zege en dat al voor de zoveelste keer dit seizoen.
Dat heeft niet in het minst te maken met de fysieke gesteldheid van de spelers. De wetenschappelijke benaderingen bij Genk werpt wat dat betreft duidelijk zijn vruchten af. "Wij zoeken voor iedere speler de limiet op. Onder die limiet blijven, is geen optie, want dan is de fysieke conditie niet optimaal. Tot nu toe loopt dat goed. We merken aan de resultaten dat de spelers ook op het einde van de wedstrijden nog relatief fris zitten. Er is geen verval", stelt physical coach Ruben Peters tegenover Het Belang van Limburg.
De uitstekende fysieke paraatheid van de spelers is dan ook een groot wapen voor Genk. Ook op het mentale vlak. "Een rechtstreeks gevolg van die frisheid is dat we in de slotfase kunnen doorduwen en het verschil kunnen maken. De spelers beseffen dat dit één van onze sterke punten is. Daardoor zullen zij bij een achterstand niet in paniek slaan of gaan forceren. Zij blijven geduldig zoeken naar een opening, omdat zij weten dat zij in de slotfase de bovenhand zullen krijgen en de tegenstander het niet meer kan belopen. Mentaal brengt dat een zekere gemoedsrust. Geduld loont."
