Standard presteert zwak in België, maar voorzitter Bruno Venanzi neemt zijn trainer Michel Preud’homme in bescherming en komt met een overbodig excuus.
"Ik ben altijd kwaad als we verliezen. Maar ik denk dat ons probleem eerder de opeenvolging van wedstrijden is. De laatste maand speelden we elke week twee matchen in zeven dagen tijd. De fysieke vermoeidheid neemt toe en dat zie je”, zegt hij aan Het Nieuwsblad. Een vreemde uitleg, want ploegen als Genk, RSCA en Club Brugge spelen ook in Europa en staan allen boven Standard.
"Bovendien sukkelden we wat met blessures. Maar ik ben niet ongerust, hoogstens een beetje ontevreden. Kijk: de spelers moeten zich nog wat aanpassen aan de nieuwe manier van werken. Willens nillens. Dat was vorig jaar met Sá Pinto niet anders. Het is nu duidelijk dat er een nieuwe filosofie is, dat we het DNA van de club willen terugvinden. Wat ik zie op het veld, vind ik al pakken beter dan vorig seizoen op hetzelfde moment. En ik voel dat de groepsdynamiek goed zit. Bij de spelers, in het bestuur, bij alle clubmedewerkers. Iedereen weet waar we naartoe willen."