Alejandro Pozuelo en Albert Stuivenberg hadden geen goede band en sinds het vertrek van de Nederlander speelt de Spanjaard weer beter, al is hij nog niet op zijn topniveau.
Stuivenberg gaf er zijn mening over. "Het eerste halfjaar werd dat helemaal niet in vraag gesteld. Als je als speler niet in vorm bent, ga je op zoek naar middelen om te verbeteren. Je wil iedereen helpen en probeert van alles. Ik geef toe dat het soms moeizaam was, maar het was zeker niet van dien aard dat er geen basis meer was om samen te werken", aldus de Rotterdammer aan Het Belang van Limburg.
Beiden hadden een verschillend karakter en daardoor klikte het niet. "Je hebt 28 spelers en het is logisch dat je bepaalde spelers makkelijker kan begeesteren dan andere. Pozuelo heeft een ander karakter dan ik. Je zoekt een manier waarop je iemand het beste kan raken. Dan kan het zijn dat mijn assistent beter is met hem. We hebben al die fases doorlopen. We hebben ook goed samengewerkt. Als de resultaten niet goed zijn, komen dat soort dingen onder een vergrootglas. Ik had juist het idee dat naar het einde toe de klik tussen Pozuelo en mij steeds beter werd."