De tijd dat Anderlecht op het middenveld weelde had met spelers als Dennis Praet, Steven Defour en Youri Tielemans is voorbij. Defour ziet met lede ogen aan hoe Anderlecht aan het afglijden is.
"Wat is dát allemaal, zeg? Ik ben gaan zien tegen KV Mechelen. Nu moet ik zeggen dat ik Vanhaezebrouck echt wel een goede trainer vind - hoe hij denkt over voetbal, en die ideeën vervolgens omzette met AA Gent, dat vond ik knap; je moet hem tijd geven in Anderlecht. Maar de manier waarop hij twee keer de groep helemaal kraakte... (begint te lachen) Dát had hij eens moeten doen met de kleedkamer van Standard, destijds... Ik herinner mij een wedstrijd in Tubize (2008, red.). We stonden 0-1 voor bij de rust toen een razende Bölöni in de kleedkamer zijn tactische bord tien meter door de lucht gooide en iedereen begon uit te kafferen: 'Jullie kunnen er niks van', en 'Dit slaat nergens op'. Wij hadden toen een groep met Sarr, Onyewu, Jovanovic, Dalmat, Nicaise... (lacht). Sarr ging gewoon neus aan neus staan met Bölöni. Ik ben zeker dat Bölöni die confrontaties uitlokte - hij wist, als we niet wilden spelen voor hem, dan toch voor ons eergevoel", zegt hij aan Het Laatste Nieuws.
Defour weet wat het probleem is van de Brusselaars. "Als ik dan lees dat niemand reageerde op de uithaal van Vanhaezebrouck... Geef de spelersgroep van Anderlecht de mentaliteit van de kleedkamer van Burnley, en Anderlecht wordt los kampioen - wij hebben vijfentwintig gasten die lopen tot ze doodvallen. Vanop afstand dénk ik dat het probleem van Anderlecht eerder 'mentaliteit' dan 'kwaliteit' is. Te gelaten. Ik heb met Standard wedstrijden gespeeld tegen Anderlecht met Polak, Biglia, Van Damme, Boussoufa... Als dié op achterstand kwamen... - man, zij schreeuwden de ganse boel samen en stroopten de mouwen op. Nu zag je KV Mechelen scoren, en de kopjes gingen naar beneden bij Anderlecht - zo van: 'F*ck, hoe zetten we dít nog recht?'"