RSC Anderlecht speelt in een systeem dat staat voor aanvallend en dominant voetbal. In vier wedstrijden pakte Anderlecht na Nieuwjaar 6 op 12 met een doelsaldo van 8-7.
Anderlecht geeft elke wedstrijd enorm veel ruimte en kansen weg. Deze ploeg lijkt duidelijk niet sterk én slim genoeg om dit systeem te spelen. Anderlecht heeft de spelers voor een 4-2-3-1, waardoor er defensief meer evenwicht is. In defensief opzicht hebben Olivier Deschacht en Uros Spajic het enorm moeilijk om die ruimtes goed op te vangen. Vanhaezebrouck vindt niet dat hij daarvoor de spelers heeft, vreemd.
"Wij hebben geen spelers die individueel een actie hebben en op de flank kunnen verrassen. Saief is geen echte buitenspeler voor zo hoog te spelen en Chipicu kan dat ook niet. Ik vind wel dat hij goed is ingevallen. We kunnen wel afwachten, maar dat wil ik niet met Anderlecht. Zo zijn ze kampioen geworden, maar daar begin ik niet aan, dat is niet mijn visie", aldus de coach.
Dat kan wel eens pijnlijk worden, want zo dreigt RSCA na Club Brugge nog eens een pandoering te krijgen. Chipciu speelde vorig jaar nochtans altijd op die positie en met iemand als pakweg Amuzu heeft RSCA een flankspeler met een actie. Op deze manier kan Anderlecht alvast niet verder blijven sukkelen. Voor Vanhaezebrouck is het afwachten of hij leert uit zijn tijd bij Genk: toen hield hij ook vast aan zijn systeem, waar de spelers toen niet klaar voor waren. Ook bij RSCA lijkt hij te volharden en het is afwachten of hij de ploeg snel als een compact blok kan laten spelen.