De afgelopen jaren was hij van het voorplan verdwenen in het Belgische voetbal, maar Luciano D'Onofrio bewees de voorbije maanden dat hij nog steeds een clubbestuurder van hoog niveau is. Dankzij zijn uitgebreide contactenboekje wist hij bij promovendus Royal Antwerp FC in een mum van tijd een ploeg te bouwen die Play-Off I waardig is. De supporters van de Great Old wrijven zich dan ook in de handen met een sterke man van dat kaliber.
Nochtans deed de aanstelling van D'Onofrio afgelopen zomer heel wat wenkbrauwen fronsen. Maar volgens Sport/Voetbalmagazine had de voormalige Standard-baas altijd al een bepaalde zwak voor de stad Antwerpen. "Volgens hem verdient Antwerpen een voetbalclub die het enorme potentieel ontgint en de grandeur van de Scheldestad uitstraalt", klinkt het.
Toch was het in eerste instantie niet Antwerp dat op de radar van D'Onofrio kwam te staan. Marc Descheemaecker, de oud-baas van de NMBS, had immers een plan bedacht om Beerschot over te nemen. Daarbij zou Marc Degryse het sportieve departement moeten uitbouwen. "Luciano leek zeer geïnteresseerd in het project. Hij en ik zouden als tandem samenwerken. Toen Descheemaecker ontdekte dat de club meer dan tien miljoen euro schulden torste, hebben we alles stopgezet", vertelt Degryse.
Beerschot kwam die schuldenberg echter niet meer te boven en niet veel later volgde de succesvolle fusie met Wilrijk, waardoor de club nu opnieuw op de poort van de Jupiler Pro League klopt. D'Onofrio trok zich dan weer terug en ging dus jaren later bij de grote rivaal aan de slag.