Besnik Hasi leidde Anderlecht afgelopen seizoen naar een onverhoopte titel. De beslissing om Cheikhou Kouyaté terug naar het middenveld te schuiven, bleek een meesterzet. Toch was daar veel voor nodig. Toen Besnik Hasi het vorig seizoen overnam van John van den Brom was de situatie bij Anderlecht uitzichtloos. Niemand dacht dat paars-wit nog kampioen kon spelen, maar - dankzij zeven overwinningen en het falen van de concurrentie - pakte het toch de titel. Dé man van de Play-Offs was Cheikhou Kouyaté. De beslissing om hem terug als middenvelder te gebruiken pakte goed uit. "Ik moest iets doen", zegt Hasi in Het Laatste Nieuws. "Ik wou hem op het middenveld zetten om de eenvoudige reden dat Kouyaté een geweldige motor heeft." Toch ging het niet meteen zoals gehoopt. "Omdat Kouyaté zo lang achterin had gespeeld, was die motor stilgevallen", legt de Kosovaar uit. "Daarom ben ik in die twee weken tussen het competitieslot en de Play-Offs apart gaan trainen met hem: interval, op en neer lopen, twintig, dertig keer - hem doen afzien." Dat pakte goed uit en Kouyaté was dan ook snel weer de oude. "Op het einde kon Kouyaté wel drie wedstrijden na elkaar aan."