Juventus heeft opeens alles in eigen hand om de knock-outfase van de Champions League te bereiken. De Italianen wonnen zelf moeizaam bij Malmö FF, terwijl Olympiakos zich op gênante wijze liet wegspelen door Atlético Madrid. Aan een punt heeft Juventus in het laatste duel tegen Atlético voldoende voor de volgende ronde. Atlético Madrid ging driftig van start en al binnen tien minuten kreeg de finalist van vorig jaar twee goede kansen. De tweede poging was raak. Doelman Roberto Jimenez, Spanjaard in Griekse dienst, leek goed uit te verdediger, maar hij schoof de bal zomaar in de voeten van Juanfran. Die was attent en legde gelijk voor op Raúl GarcÃa: 1-0. De tweede goal was zowat nog gênanter. Een voorzet van de linkerflank werd door de verdedigers op bizarre wijze gemist. Mario Mandzukic kreeg de bal dan ook gratis voor zijn voeten en maakte er 2-0 van. De derde treffer was wel van grote klasse. De Kroaat kreeg een voorzet van Arda Turan en knikte keihard in de verre hoek. Luttele minuten later kopte hij wederom in, maar liet Jimenez de bal als een beginneling onder zich door gaan. Bijna een uur spelen had Juventus nodig om eindelijk het net te vinden. Op een bedroevend slechte grasmat kregen de Italianen in gifgroene shirtjes kans op kans. De ene werd nog op kolderiekere wijze verprutst dan de andere. Na een uur werd Fernando Llorente diepgestuurd en kon hij helemaal alleen richting het doel. Hij omspeelde de keeper en rondde af. Malmö ging daarop nog aanvallen, maar dat pakte verkeerd uit. In de slotfase kon Carlos Tevez er dan ook nog 2-0 van maken, voor Erik Johansson nog zijn tweede gele prent kreeg.